Spelregelvragen interne finale

Op donderdagavond 21 mei vond de interne spelregelfinale van de SAO Apeldoorn – de strijd om de John Zijlstra Trofee – plaats. Hieronder vindt u de vragen die werden voorgelegd aan de finalisten. Onderaan de pagina vindt u de juiste antwoorden.

Mondelinge vragen

Vraag 1: Een aanvaller gaat alleen op de doelverdediger af. Deze rent zijn doel uit en stompt de bal net voor de aanvaller weg. De spelers raken elkaar niet. Wat is de beslissing van de scheidsrechter?

Vraag 2: Wanneer moet de scheidsrechter toch een strafschop toekennen, als de bal niet in het straf­schop­gebied is?

Vraag 3: De doelverdediger komt uit zijn doel en springt net buiten zijn doelgebied omhoog om de bal te bemachtigen. Hij doet dit met opgetrokken knie en raakt daarbij een medespeler, die daardoor behoorlijk geblesseerd raakt. De scheidsrechter onderbreekt het spel. Wat zal de hij nu beslissen?

Vraag 4: In welke gevallen wordt het trappen van een tegenstander wel be­straft met wegzenden, maar niet met een directe vrije schop c.q. strafschop?

Vraag 5: Een aanvaller heeft zich achter de doellijn teruggetrokken om zich aan buitenspel te onttrek­ken. Op het moment dat de bal na een schot op het doel van de doelpaal terugkomt loopt hij het speelveld in en probeert de bal te spelen. Moet de scheids­rechter hier nog ingrijpen?

 

Quizvragen

Antwoordmogelijkheden:
1       scheidsrechtersbal
2       scheidsrechtersbal en gele kaart
3       scheidsrechtersbal en rode kaart
4       indirecte vrije schop en gele kaart
5       inworp
6       inworp en rode kaart
7       directe vrije schop en rode kaart
8       strafschop
9       strafschop en gele kaart
10     strafschop en rode kaart

Vraag 1:De neutrale assistent-scheidsrechter steekt zijn vlag omhoog om aan te geven dat de bal de zijlijn geheel gepasseerd heeft. Voordat de scheidsrechter kan affluiten, ziet hij dat een verdediger binnen zijn strafschopgebied een tegenstander slaat.Wat moet de beslissing van de scheidsrechter zijn?

Vraag 2: Een verdediger schiet een directe vrije schop van buiten het straf­schopgebied veel te hard terug op zijn doelverdediger, die de bal volledig mist. De bal komt tegen de doelpaal en wordt binnen het straf­schopgebied door de nemer met de hand weggeslagen net voordat een aanvaller de bal in het doel wil schieten. Wat zal de scheidsrechter moeten beslissen?

Vraag 3: Een wisselspeler die zijn team komt completeren, loopt het speelveld op. In het strafschopgebied van de tegenpartij wordt hij door een tegenstander op grove wijze onderuit geschopt. Op datzelfde moment stelt de scheidsrechter vast dat hij deze wisselspeler nog geen toestemming had gegeven om in het speelveld te komen. Hoe wordt het spel hervat?

Vraag 4: Een speler bevindt zich zonder toestemming van de scheidsrechter voor een blessurebehandeling buiten het speelveld nabij de doellijn. Van hieruit maakt hij aanmerkingen op de leiding waarvoor de scheidsrechter het spel onderbreekt. Wat beslist de scheidsrechter?

Vraag 5: De scheidsrechter heeft het spel onderbroken wegens buitenspel. Een aanvaller scheldt nu de scheidsrechter uit omdat een verdediger zich achter de doellijn had teruggetrokken om de aanvallers buitenspel te zetten. Wat beslist de scheidsrechter als hij beseft dat er geen sprake was van strafbaar buitenspel?

 

Schriftelijke vragen

Vraag 1: Tijdens het spel komt de bal tegen de assistent-scheidsrechter aan, die op de zijlijn loopt. Hierdoor blijft de bal in het speelveld. Een speler pakt de bal in zijn handen en wil inwerpen. Wat moet de scheidsrech­ter nu beslissen?a. inworp normaal uitvoeren.
b. scheidsrechtersbal, omdat er van een vergissing sprake is.
c. directe vrije schop wegens het spelen van de bal met de hand.
d. directe vrije schop wegens het spelen van de bal met de hand en een waarschuwing door het tonen van de gele kaart wegens hands.

Vraag 2: Op het moment dat een speler binnen het speelveld voorbij komt lopen, gooit een gewisselde speler van de tegenpartij vanaf de bank een bidon naar deze speler. Hoe hervat de scheidsrechter het spel nadat hij dit heeft onderbroken en de gewisselde speler een rode kaart heeft getoond?
a. Met een scheidsrechtersbal op de plaats waar de bal was toen het spel werd onderbroken.
b. Met een indirecte vrije schop op de plaats waar de speler werd geraakt.
c. Met een indirecte vrije schop op de plaats waar de bal was toen het spel werd onderbroken.
d. Met een directe vrije schop op de plaats waar de speler werd geraakt.

Vraag 3: Na een doelschop gaat de bal via de voet van de scheidsrechter buiten het strafschopgebied. Wat moet de scheidsrechter nu beslissen?
a. Hij laat de doelschop opnieuw nemen.
b. Hij hervat met een scheidsrechtersbal op de plaats waar de bal de scheidsrechter raakte.
c. De scheidsrechter laat doorspelen.
d. De antwoorden a, b en c zijn alle drie fout.

Vraag 4: Een speler heeft vrijwillig het veld verlaten om zijn uitrusting in orde te maken. Wanneer mag deze speler weer het veld betreden?
a. De scheidsrechter zal hem tijdens het spel toestemming geven weer het speelveld in te komen onder voorwaarde dat dit gebeurt vanaf een zijlijn.
b. De scheidsrechter zal hem tijdens het spel toestemming geven weer het speelveld in te komen vanaf elke plek rond het veld.
c. De scheidsrechter zal hem tijdens een onderbreking toestemming geven weer het speelveld in te komen vanaf elke plek rond het veld.
d. De scheidsrechter zal hem tijdens een onderbreking toestemming geven weer het speelveld in te komen onder voorwaarde dat dit gebeurt vanaf een zijlijn.

Vraag 5: Een toeschouwer blaast tijdens het spel op een scheidsrechtersfluit. Een verdediger die binnen zijn eigen strafschopgebied staat houdt de bal met 2 handen tegen omdat hij denkt dat het spel door de scheidsrechter is onderbroken. Wat moet de scheidsrechter nu beslissen?
a. De scheidsrechter zal het spel onderbreken en hervatten met een scheidsrechtersbal.
b. De scheidsrechter zal het spel onderbreken en hervatten met een strafschop.
c. De scheidsrechter laat doorspelen
d. De antwoorden a, b en c zijn alle drie fout.

Vraag 6: De doelverdediger gooit, staande in zijn doelgebied, de bal hard in het gezicht van een vervelende toeschouwer, die zich binnen de afrastering naast het doel bevindt. De bal gaat helemaal over de doellijn. Hoe moet de scheidsrechter hier handelen?

1 disciplinaire straf                 2 spelhervatting                      3 plaats van hervatting
a  geen kaart                                    a  scheidsrechtersbal                   a  elke plaats i.h. doelgebied
b  vermaning                                   b  indirecte vrije schop                b  op de doellijn, het dichtst bij de plaats waar de  toeschouwer stond
c  gele kaart                                      c  directe vrije schop                    c  vanaf lijn v.h. doelgebied die evenwijdig loopt aan de doellijn
d  rode kaart                                     d  strafschop                                 d  vanaf kwartcirkel bij hoekvlag
e hoekschop

Vraag 7: Tijdens het spel heeft een aanvaller zich buiten het speelveld begeven om zodoende buitenspel op te heffen. Nadat de aanval is afgeslagen komt hij het speelveld weer in. Zal de scheidsrechter hier moeten optreden?

1 disciplinaire straf                 2 spelhervatting                      3 plaats van hervatting
a  geen kaart                                    a geen vrije schop                         a waar de bal was
b  vermaning                                   b indirecte vrije schop                 b waar deze aanvaller veld in kwam
c  gele kaart                                     c directe vrije schop                      c waar de buitenspelpositie was
d  rode kaart                                    d scheidsrechtersbal                     d doorspelen

Vraag 8: Een doorgebroken speler met de bal aan de voet gaat recht op het doel af en heeft alleen de doelverdediger nog voor zich. Hij passeert de doelverdediger, maar deze tikt de aanvaller aan en laat hem struikelen. De aanvaller weet echter nog overeind te blijven, waarop de scheidsrechter de voordeelregel toepast en dit ook d.m.v. woord en gebaar aangeeft. Al struikelend raakt de aanvaller de bal verkeerd en schiet de bal naast het lege doel.  Wat beslist de scheidsrechter?

 1 disciplinaire straf                2 spelhervatting                       3 plaats van de hervatting
a. geen kaart                                    a. geen vrije schop                         a.  waar de aanvaller werd geraakt
b. vermaning                                   b.  indirecte vrije schop                 b.  op de strafschopstip
c. gele kaart                                     c. directe vrije schop                      c.  vanaf elk willekeurige plaats binnen het doelgebied
d. rode kaart                                    d.  strafschop
e. doelschop

Vraag 9: Tijdens het spel gooit een speler, die binnen het speelveld staat, zijn scheenbeschermer in het gezicht van een tegenstander, die buiten het speelveld zit om zijn schoenveters vast te maken.  De scheidsrechter onderbreekt hiervoor het spel. Wat zal hij beslissen?
1 disciplinaire straf                  2 spelhervatting                      3 plaats van de hervatting
a. geen kaart                                     a. geen vrije schop                        a. op de plaats waar de bal was toen…
b. vermaning                                    b. indirecte vrije schop                 b. op de plaats waar de overtredende speler stond
c. gele kaart                                       c. directe vrije schop                     c. de strafschopstip
d. rode kaart                                     d. strafschop                                   d. op de zijlijn.
e. scheidsrechtersbal

Vraag 10: Een veldspeler is met een directe rode kaart door de scheidsrechter van het speelveld gezonden. Een half uur later loopt de speler, als de bal tijdens het spel op het middenveld is, het speelveld in en slaat nabij de zijlijn een tegenstander. De scheidsrechter fluit af, hoe zal hij dienen te handelen?

1 disciplinaire straf                 2 spelhervatting                      3 plaats van hervatting
a. geen kaart                                    a.  geen vrije schop                       a. op de plaats van de overtreding
b. vermaning                                    b.  indirecte vrije schop               b. op de plaats waar de bal was op het moment dat…
c. gele kaart                                      c.  directe vrije schop                   c. de strafschopstip
d. rode kaart                                    d.  strafschop                                  d. op de zijlijn zo dicht mogelijk bij de plaats waar de slaande speler staat
e. scheidsrechtersbal

 

 

 

 

 

 

 

 

 

ANTWOORDEN

Mondelinge vragen

Vraag 1: Een aanvaller gaat alleen op de doelverdediger af. Deze rent zijn doel uit en stompt de bal net voor de aanvaller weg. De spelers raken elkaar niet. Wat is de beslissing van de scheidsrechter?

  1. Gebeurde het stompen binnen het strafschopgebied, dan door laten spelen.
  2. Gebeurde het stom­pen bui­ten het straf­schop­gebied, dan het spel on­derbre­ken en het spel laten hervatten met een directe vrije schop wegens het spe­len van de bal met de hand.
  3. De doelver­dediger wordt in dat geval van het speelveld gezonden door het tonen van de rode kaart, in­dien een duidelijke scoringskans of een doelpunt wordt voorkomen.
  4. Er zal een dan andere doelverdediger moeten komen die zich qua tenue onderscheidt van andere veldspelers, scheidsrechter en assistent-scheidsrechters.
  5. Verloren gegane tijd moet in de betreffende speelhelft worden bijgeteld

Vraag 2: Wanneer moet de scheidsrechter toch een strafschop toekennen, als de bal niet in het straf­schop­gebied is?

  1. Een strafschop moet gegeven worden voor één van de overtredingen in regel 12 die bestraft moeten worden met een directe vrije schop, m.u.v. hands;
  2. Wanneer die overtreding, naar het oordeel van de scheidsrechter, werd begaan op een wijze zoals in regel 12 is bepaald, door een speler van de verdedigende partij;
  3. Binnen of op de lijnen van diens strafschopgebied;
  4. Ten opzichte van een tegenstander;
  5. Terwijl de bal in het spel was.

Vraag 3: De doelverdediger komt uit zijn doel en springt net buiten zijn doelgebied omhoog om de bal te bemachti­gen. Hij doet dit met opgetrokken knie en raakt daarbij een medespeler, die daardoor behoorlijk geblesseerd raakt. De scheidsrechter onderbreekt het spel. Wat zal de hij nu beslissen

  1. Hij geeft de doelverdediger een waarschuwing door het tonen van de gele kaart, indien de overtreding op onbesuisde wijze geschiedde.
  2. Hij zendt de doelverdediger van het speelveld door het tonen van de rode kaart, indien de overtreding met buitensporige inzet gebeurde.
  3. In dat geval moet er een nieuwe doelverdediger komen, die zich in tenue onder­scheidt van de overige veldspelers en de scheidsrech­ter.
  4. Het spel wordt hervat met een indirecte vrije schop op de plaats van de overtreding.
  5. De verloren gegane tijd wordt in dezelfde helft bijgeteld.

Vraag 4: In welke gevallen wordt het trappen van een tegenstander wel be­straft met wegzenden, maar niet met een directe vrije schop c.q. strafschop?

  1. Als de overtreding buiten het speelveld plaatsvond.
  2. Als de bal op het moment van trappen niet in het spel was.
  3. Als de tegenstander een wisselspeler was.
  4. Als de trappende speler een wisselspeler was.

Vraag 5: Een aanvaller heeft zich achter de doellijn teruggetrokken om zich aan buitenspel te onttrek­ken. Op het moment dat de bal na een schot op het doel van de doelpaal terugkomt loopt hij het speelveld in en probeert de bal te spelen. Moet de scheids­rechter hier nog ingrijpen?

  1. Ja, de scheidsrechter onderbreekt het spel.
  2. Hij geeft de aanvaller een waarschuwing door het tonen van een gele kaart, wegens onsportief gedrag.
  3. Het spel wordt hervat met een indirecte vrije schop op de plaats waar de bal was toen de scheidsrechter het spel onder­brak.
  4. Was dit in het doelgebied, dan mag het spel hervat worden vanaf elk willekeurig punt gelegen binnen dit gebied.

 

Quizvragen

Vraag 1:
Antw.:  6 = Inworp + rode kaart

Vraag 2:
Antw.:  8 = Strafschop

Vraag 3:
Antw.:  8 = Strafschop

Vraag 4:
Antw.: 2 = Scheidsrechtersbal + gele kaart

Vraag 5:
Antw. 3 = scheidsrechtersbal + rode kaart

 

Schriftelijke vragen

1

2 3 4 5 6 7 8 9 10
C C C C A D B C A A D C E C D B A A E B