In de 34e ‘Van de Voorzitter’ vertelt René Beijen over zijn ervaringen als voorzitter van de SAO Apeldoorn en als scheidsrechter.
Ik kijk terug op een mooie periode. Elke eerste dinsdag van de maand nodigt de SZO ons uit om gezamenlijk de maandelijkse FIFA-test te oefenen. De eerste dinsdag in februari vond ik een groot succes. De SZO aan de Damlaan te Eefde-Zutphen mocht naast velen eigen leden ook vele leden van DSVenO en de SAO Apeldoorn begroeten. Het is altijd goed vertoeven in het Fluithuus. Voor mij is deze test altijd weer een goede momentopname van hoe ik er conditioneel voor sta. Ik haal de test wel, maar het kost mij wel moeite. Als ik dan die jonge gasten ogenschijnlijk deze test op hun gemak zie lopen, dan kan ik niets dan bewondering hebben hoe ze er conditioneel voor staan.
Ik kijk ook terug op twee zeer geslaagde presentaties die werden georganiseerd door onze technische commissie. De eerste presentatie ging over “hands”. Een spelregel die regelmatig op het veld tot opmerkingen leidt. “Hé, scheids, dat is toch hands”, hoor je regelmatig. Luuk Timmer heeft ons aan de hand van de spelregels en beeldfragmenten meegenomen in strafbaar- en niet strafbaar “hands”. Heel nuttig en leerzaam. Met deze kennis kunnen we onze beslissing op het veld nog krachtiger toelichten.
De tweede presentatie ging over onbesuisd en buitensporig. In de spelregels wordt het verschil tussen onvoorzichtig (geen kaart), onbesuisd (waarschuwing -gele kaart) en buitensporig (veldverwijdering- rode kaart) kort uitgelegd. In deze presentatie nam Patrick van Bork ons mee aan de hand van richtlijnen van de KNVB. Dat vind je niet in de spelregelboekjes, maar zijn uitermatige nuttig om je beslissing te onderbouwen. Natuurlijk waren er ook weer beeldfragmenten ter ondersteuning.
Op het veld voel ik mijzelf comfortabel bij de handsbal en het appelleren kon ik snel afdoen met argumenten. De presentatie van Luuk maakt dat ik mij nog comfortabeler voel. De tweede presentatie over onbesuisd en buitensporig was voor mij een echte “eye opener”. De richtlijnen die de KNVB hanteert, kenden de meeste scheidsrechters niet. Met deze richtlijnen kan ik veel duidelijker beargumenteren waarom ik voor “geel” of “rood” heb gekozen. Dank je wel, Patrick.
Ik kijk nu al uit naar de volgende presentatie op donderdag 28 februari. Hierbij nodig ik iedere geïnteresseerde lezer uit om de presentatie “veelbelovend of scoringskans” bij te komen wonen in ons clubhuis.
Een jaarlijks terugkerend evenement is onze spelregelwedstrijd genaamd “de Jan Visser spelregelbokaal”. Vijf teams uit district Oost streden om de eer en het spelregelteam van de SAO met Martijn Kieft, Bas Steinhauser en Luuk Timmer ging er met de bokaal vandoor.
Als scheidsrechter beleefde ik een week van uitersten. Ik stond op de reservelijst en kreeg een aanstelling in Weerselo. Leuk om ook na 7 jaar KNVB-scheidsrechter nog steeds weer voor de eerste keer bij een vereniging te komen. Het werd een leuke, strijdvaardige wedstrijd met veel inzet en passie, waarbij de sportieve grens niet werd overschreden. Na de wedstrijd kreeg ik een mooi compliment van de supporters van de verliezende partij. “Zeg scheidsrechter, als er een prijs was voor de beste scheidsrechter van competitie dan zou ik die aan u geven, u hebt zeer goed gefloten”. Ik ging al met een lekker gevoel douchen, maar dit was een heerlijk compliment om te mogen ontvangen. Ik hoop dat velen van jullie dit ook mag overkomen. Ik kan hier nog wel een paar weken van genieten.
Nou, dat genieten was van korte duur. Een week later mocht ik een wedstrijd fluiten in Apeldoorn. Ik startte goed maar gedurende de wedstrijd zakte ik door een ondergrens heen die ik in jaren niet heb meegemaakt. Ik kon het tij niet keren tijdens de wedstrijd en stond met het bekende k-gevoel onder de douche. Wat ik mijzelf het liefst had toegewenst was een SAO’er bij die wedstrijd aanwezig was geweest. Gelukkig zijn jullie er donderdagavond en kan ik mijn verhaal kwijt.
Zondag fluit ik in mijn favoriete regio en ga ik sportieve revanche nemen op mijn eigen optreden.
Met sportieve groet,
René Beijen